Hatiora salicornioides
(Haw)Br&R


◊ In: Bailey, Standard cyclopaedia of horticulture 3:1433 (1915)
◊◊ Rhipsalis salicornioides Haw - Supp. Plant. Succ. 83 (1819)
Cactus salicornioides (Haw)Lk&O - Abbildungen auserlesener Gewächse 49 (1822)
Cactus lyratus Velloso - Fl. Flum. 2(4):205 (1825), 5 (1827)
Meer synoniemen

- Struikachtig, rijk vertakt, vaak rechtop, tot 40 cm lang. Takken in kransen van 2-5, de binnenste in de jeugd cilindrisch of tonvormig, later verhout en met bruine schors, 1-2,5 cm lang, ca. 2 cm doorsnede. De volgende takken zijn cilindrisch of zwak kantig, van onderen steelachtig versmald, 1-3 cm lang, 4-7 mm doorsnede. Areolen met weinig vilt en zeer kleine schubjes, soms met doorntjes (in cultuur altijd kaal). Bloem geel tot oranje, eindstandig, 1,2-1,3 cm lang, 1 cm doorsnede. Meeldraden roodachtig, helmknoppen lichtgeel. Stamper wit. Ovarium kort cilindrisch, kaal. Bloembladen tegen de meeldraden aangedrukt. Vrucht witachtig, doorschijnend, aan de top roder, rond. Zaad zwart, omgekeerd eivormig.

- Brazilië: Rio de Janeiro, Minas Gerais, Espírito Santo, São Paulo, Paraná. Epifytisch en epilitisch tot 1850 m. Bloeitijd januari.

Cact. 4:217, 4:218", plate 23
Frst&Rmpl 892
Backeberg 2:704", 706, 708", 709
Am. J. Bot. 65:326-333 (1978)
Ritter 1: 44", 284"
Succulenta 57(9):199"; 93(1):3"
KuaS 13(5):67"; 31(9):273"; 47(4):74"
Epiphytes 11-44:106"
CSJ(USA) 52(3):126, 127"
Bradleya 13:70', 73; 40:93
EPIG 4(1):12"
NCL 139"
CEB 228, 238''
Rodriguésia 71' (2020)